‘Ze is er al lang, die zwarte vlek op mijn hart. Soms is ze maar zo klein als een speldenkopje. Je zou haar dan haast vergeten in de drukte van de dag. Op andere momenten danst ze brutaal mijn hele hart over. De duisternis breidt zich uit en slorpt alles op. Er is geen vreugde, geen hoop, geen gevoel. De zwarte vlek baant zich een weg naar mijn adem. Als handen rond mijn nek, zodat de donkere mist zich ook in mijn denken nestelt en zo genadeloos het zicht op mijn leven verhindert. Het lijkt wel voor altijd nacht.’
An Peeters is leerkracht en moeder van twee jonge kinderen. Ze kampt al lang met signalen van depressie, tot plots het licht volledig uitgaat. In dit uiterst herkenbare en toegankelijke boek weet ze de onbeschrijflijke leegte die haar tijdens haar depressie overviel te vatten, maar beschrijft ze ook hoe het stap voor stap weer licht werd.