Main content

François de Waal werkte als tv-maker en jurist. Hij werkt nu als ervaringsdeskundige bij de Depressie Vereniging en blogt op regelmatige basis over zijn ervaring met depressie. Lees hoe de uitzichtloosheid van een depressie er stevig in hakt.

Catch-22 is de titel van een mooi boek (en film). In mijn herinnering: het is oorlog en een gevechtspiloot gaat naar de dokter en zegt: u moet me afkeuren, ik kan en wil niet meer vliegen want het is veel te gevaarlijk. De dokter antwoordt: het is inderdaad heel erg gevaarlijk, dat ziet u scherp, u bent intelligent, u heeft dat risico goed ingeschat. Maar het zijn juist intelligente gevechtspiloten die we nodig hebben, zij die risico’s goed kunnen inschatten, dus u blijft vliegen. Goedgekeurd!

Het hoogtepunt van een depressie, of liever het dieptepunt

De catch-22 van depressie is dat als je echt midden in de depressie zit, dus als je hulp het meest nodig hebt, werkt niks. Pas daarna, als het iets beter gaat, dus als je hulp minder nodig hebt, dan pas kan hulp werken. Dit verschijnsel, beschreven in het boek Coping with Depression, From Catch-22 to Hope, is één van de akeligste aspecten van depressie. Het hoogtepunt van mijn depressie, of liever het dieptepunt, duurde helaas zo’n twee en een half jaar. Ik lag te kronkelen van de pijn, m’n kop net boven water houdend in een pikzwarte poel vol stinkdrollen, onderin een diepe put. Zó diep dat ik geen sprankje licht zag. Na de explosie van stuiptrekkingen, huilen en mezelf hard uitschelden, werd het erger: toen kwam de implosie van niet meer kunnen huilen, lopen als een oud mannetje, dagelijks uren in een hoekje zitten broeden, niet meer alleen thuis durven zijn, niet meer naar buiten durven, niet meer kunnen slapen en dood willen. In het ziekenhuis werd ik geholpen door een psychiater die me pillen gaf en een psycholoog die me therapie gaf.

Het komt nooit meer goed

Tijdens de explosie denk je (onbewust) dat iemand je komt redden als je maar hard genoeg huilt en gilt. Als een kind. Ook een zelfmoordpoging betekent: kom me redden! Daarna zak je teleurgesteld ineen als je merkt dat niemand je komt redden en dat deze gruwelijke misère dus nooit meer stopt, game over, einde oefening, la-maar. Je geeft het op, je bent verslagen, de depressie heeft gewonnen. Verlamd. Apathie. Kortsluiting in je kop en in je lichaam. Dat is de implosie. Dat is de echte depressie. Ik ben kapot. Mijn leven is kapot. Alles is kapot. Het is mijn schuld. Het komt nooit meer goed. Klaar.

Eindeloos herhaalde negatieve gedachten

Het zijn deze eindeloos herhaalde negatieve gedachten van radeloosheid en hopeloosheid die extreme chronische stress veroorzaken en die stress maakt op zijn beurt je kop en lichaam gek. Ik ben niet zo’n aanhanger van dat de oorzaak en oplossing van depressie een biologische aangelegenheid is, maar een gek gemaakte kop en lichaam zijn wel degelijk biologisch. Je slaapt niet (of alleen maar). Je libido is foetsie. Je eetlust is minimaal (of maximaal). Je vergeet van alles. De omgeving hoort niks, stilte, maar bij jou van binnen is er een constant hard lawaai. De omgeving ziet een kalme vijver, maar van binnen raast een oceaanstorm 24/7. Dat eindeloos herhalen van negatieve gedachten is net zoiets, en werkt net zo goed, als de hele dag affirmaties uitspreken, maar dan negatief.

In een echte depressie kan je niet lezen

Op dat moment, begrijpelijk, komen er allerlei goedbedoelende deskundigen in je leven die je willen helpen. In het beste geval. Ik heb alles geprobeerd, drie verschillende antidepressiva, een antipsychoticum, kalmeringsmiddelen, therapie, en met een glazige blik geluisterd naar alle adviezen. Niks hielp. (Het kan trouwens best zijn dat zónder al die hulp het nóg erger was geweest). En ik verweet mezelf dat. Depressievelingen verwijten zichzelf alles dat niet goed gaat, dat is een symptoom van depressie, in ieder geval van mijn depressie. Daarom was het lezen van Coping with Depression, From Catch-22 to Hope voor mij een (kleine maar toch) bevrijding: ah, ik ben gelukkig niet de enige waarbij niks helpt. Maar ja – catch-22! – dat boek kon ik pas lezen toen het beter met me ging, want in een echte depressie kan je niet lezen. Bij zin drie ben je zin één al vergeten, laat staan dat je alinea’s in je kan opnemen. Oorzaak: concentreren is onmogelijk vanwege het door alles heen tetterende lawaai van die eindeloos herhaalde negatieve gedachten. Als u deze tekst kan lezen zonder problemen is dat een goed teken.

Jij kan jezelf niet helpen, anderen kunnen jou niet helpen

Juist als je totaal weerloos bent, als je om hulp smeekt en je alle hulp van buitenaf als de enige oplossing ziet, precies op dat moment kan het je niet helpen. Je zit te diep in de put. Niks komt binnen. Elke positieve opmerking wordt weggehoond. Je kijkt ze aan of ze gek zijn geworden. Als je erom zou kunnen lachen, zou je lachen. Jij kan jezelf niet helpen. Anderen kunnen jou niet helpen. Niets of niemand kan jou helpen. Konden ze je maar helpen! Niet dus. Laat me maar. Het kan me niet meer schelen. Elke hoop is vervlogen. Basta. Afgelopen, licht uit, wegwezen. Ook dit alles levert op zichzelf een enorme wanhoop en pijn op (vicieuze cirkel). En uiteindelijk weet je honderd procent zeker dat die voortdurende, extreme pijn maar op één manier gestopt kan worden.

Geen ruimte voor oplossingen, enkel aandacht voor problemen

Midden in een depressie gaan al je tijd en aandacht naar de problemen. Er blijft geen ruimte over voor oplossingen. Net als wakker worden ’s nachts bij ‘normale’ mensen, dan kan je alleen denken aan problemen, niet aan oplossingen. De klassieker Emotionele intelligentie beweert: “Bij een klinische depressie zullen zelfmedelijden, wanhoop, hopeloosheid en hulpeloosheid alle andere gedachten wegvagen”.

Alle oplossingen die ik daarna vond zoals onder meer dagstructuur, sport, mindfulness, bibliotherapie, zinvolle doelen, mediteren, al die dingen waren bij mij al lang bekend, maar … nee, niks, ze kwamen niet binnen, de deur was dicht. Mensen die over hun depressie schreven las ik niet, die lachte ik uit. Ik dacht: als jij over je depressie zelfs kan schrijven, pff, dan gaat het veel beter met jou dan met mij. Ik ben depressief, jij niet. Komediant.

Veel depressievelingen zijn boos op hun behandelaars omdat niks helpt (zie het deprimerende boek vol interviews met depressievelingen: Speaking of Sadness: Depression, Disconnection, and the Meanings of Illness), dat heeft misschien met de catch-22 te maken. Net als het verschijnsel dat sommige depressies zoals dat heet “treatment resistant” zijn, bestand tegen behandeling, oftewel: niks helpt.

Ook Mark Williams, de schrijver van Mindfulness en bevrijding van depressie moet dit fenomeen hebben onderkend. In de inleiding schrijft hij (en aan het eind van het boek herhaalt hij het met zoveel woorden onder het kopje WAARSCHUWING): “(…) is het misschien verstandig niet het hele programma te doen als je midden in een klinische depressie zit. Onderzoek lijkt uit te wijzen dat je beter kunt wachten tot je de nodige hulp hebt gekregen om uit het dal te klimmen en in staat bent op deze nieuwe manier met je gedachten en gevoelens te werken – zonder dat je geest gebukt gaat onder de verpletterende last van een depressie”.

Van een depressie zijn, naar een depressie hebben

In maart 2020 maakte Ohio State University het resultaat bekend uit 27 verschillende studies over het nut van dankbaarheid bij depressie en angst. Conclusie: het nut is zeer beperkt. Misschien heeft ook dit met de catch-22 te maken. Ik merk dat dankbaar proberen te zijn voor mij nu wel degelijk zin heeft, en werkt, maar niet toen ik midden in mijn depressie zat.
Als je in een echte depressie zit, heeft die jou totaal in zijn greep/macht. Je weet dat het beter met je gaat als jij macht over je depressie krijgt. Hoe? Je verandert van een depressie zijn (identiteit) naar een depressie hebben. Je bent niet die negatieve gedachten, je hebt ze. Nog beter, de fase erna: je kijkt ernaar. Dat laatste is mindfulness. Maar zoals altijd: makkelijker gezegd dan gedaan.

Voor mij was die laatste fase de oplossing. Ik kon mijn leven niet veranderen. Ik kon mijn gedachten niet veranderen. Maar ik kon de manier waarop ik met mijn gedachten omging veranderen. Mijn gedachten niet meer voor waar aannemen, maar ze observeren. Dat is, vreemd genoeg, voldoende.


Download de brochure Leven voorbij depressie

Ontdek meer over François de Waal en beluister ook zeker de podcast Boys Don’t Cry?

Lees ook Depressief? Ach, je moet gewoon…!

  • Deel deze pagina:

Reacties:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *