Main content

Als je krijgt wat je verdient, was dat in mijn geval… een  auto-ongeluk. Caroline is druk in haar leven als zelfstandig ondernemer, wanneer ze op haar fiets wordt gegrepen door een auto. Plots staat het leven stil. In haar blog vertelt ze wat ze hierdoor leerde over psychische  gezondheid, het stigma in jezelf en de gezondheidszorg.

“Als ik voor jou een tattoo mocht kiezen zou het een boom zijn; aan één kant in volle bloei, en
aan de andere kant bedekt met sneeuw als in de winter. Omdat je constant in verandering bent,
en dat ook wil zijn.”

Geen mens van gemiddelden

Ken je dat soort zinnen, die iemand nietsvermoedend tegen je zegt, maar die je de rest van je
leven bij je bewaart, als een cadeautje? Dit is er zo één voor mij. Soms laten mensen met
woorden je stukken zien van jezelf die je nog niet ontdekte. Ik ben nooit een mens van
gemiddelden geweest. Leven in verandering vind ik leuk.
Cadeaus doe je me niet door me op eenzelfde plek, jarenlang dezelfde dingen te laten doen.
Toen ik koos om te werken als zelfstandige, was dat voor mij dan ook één van de beste
beslissingen die ik kon nemen.

Jezelf zijn

Het is niet altijd makkelijk om jezelf te zijn, in deze wereld. De beste keuze die je volgens mij kan
maken, is je omringen met mensen en plekken waar je dat kan doen. Of zoals Anna Quindlen het
ooit prachtig omschreef: “The thing that is really hard, and really amazing, is giving up on being
perfect and beginning the work of becoming yourself.”

Ik was inmiddels zo’n twee jaar op weg met mezelf te worden als ondernemer, en genoot met
volle passie van wat ik deed. Zoals velen was dan ook mijn antwoord “druk, druk, druk”, als
iemand me vroeg hoe het met me ging. Als je doet waar je van houdt, geeft dat je energie. Maar
toegegeven, zelfs met dingen waar je van houdt, kan je ooit energie verliezen.

Wanneer is genoeg genoeg?

Ik merkte al een tijdje dat ik op zoek was naar de juiste dosis zelfzorg om continu met passie te
blijven wakker worden. Wat was de juiste timing? Waneer zei je op het juiste moment “nee”?
Wanneer stop je met dingen? En wanneer is genoeg genoeg?

Op een zonnige dag begin juli, werd die beslissing voor mij genomen. Ik sprong op de fiets om
nog snel even de hond zijn wandelingetje te geven in het losloopgebied, en werd al fietsend
gegrepen door een auto. Mijn combinatieplezier van sport voor mezelf en de hond in het
fietsmandje, werd een tocht naar het ziekenhuis.

Als je lichaam het niet meer toelaat

Dat ik op een auto vloog en daarna de straat op smakte, maakte ik niet echt mee. Ik herinner me
enkel die eerste reflex van “hoe gaat het met de hond?”. Nadat ik merkte dat die nog steeds
even vrolijk kwispelde als daarvoor, drong langzaam de realiteit tot me binnen: een tiental
mensen rondom mij die vroegen hoe het met me ging, en of ze de ambulance moesten bellen.
Ik was nog steeds overtuigd dat alles goed ging en zei dat ik wel even naar huis zou wandelen …
Pas toen ik mijn fiets zag liggen, drong de klap, denk ik, echt tot me door.
Ik wandel niet meer naar huis.
En mijn lichaam laat dat ook niet meer toe.

Het is gek dat je pas merkt hoe hard je aan het rennen bent, als plots alles stil komt te staan.

Het is gek dat je pas merkt hoe hard je aan het rennen bent, als plots alles stil komt te staan.
Mijn perfecte agenda-planning voor de komende zomer, werd plots een eindeloze telefoonreeks
van “sorry”. Gelukkig, met meestal mensen aan de telefoon die zeiden dat ik er echt zelf niets aan
kon doen, en dat het goed was om rust te nemen. Ik wilde eigenlijk niet weten van de dokter wat
mijn diagnoses waren, maar wel hoe lang het zou duren voor ik was hersteld.

Wat als mijn geest was gestopt?

Dat is ook het moment dat ik me af begon te vragen, hoe het was geweest, had het niet de auto
geweest die ging remmen, maar mijn geest die was gestopt. Hoe is het om diezelfde telefoon te
pakken, en te vertellen aan een ander, dat je ‘even wat tijd nodig hebt’ en ‘ook niet weet hoe lang
het zal duren’? Hoe voelt het als je psychisch ziek bent en geen timing hebt tot herstel? En zou
die ander aan de telefoon dan evenzeer zeggen dat je er zelf niets aan kan doen?

‘Wachten op herstel’

Niet weten wanneer je gaat herstellen is ontzettend frustrerend. Niklas Modig, beschrijft het in zijn
TED talk op een mooie manier: “In zorg zijn, is soms een ontzettend lange film, waar maar weinig
actie in zit. “Je belangrijkste tijdsbesteding in de zorg als patient? Dat is helaas wachten. Op een
dokter, op onderzoeken, op een diagnose, op een juiste behandeling.”

De filmcamera in jouw organisatie

Dat is ook in mijn geval zo, helaas. “Een schouder heeft veel rust nodig.”, die zin is jammer
genoeg waar. Het werd daardoor pijnlijk duidelijk aan welk tempo ik voor de klap had geleefd.
Het kan zinvol zijn je organisatie eens te onderzoeken. Zet je filmcamera eens op je patient en
kijk: laat je je client de zorg beleven, of zorg je voor hulpverlening die past in het leven van de
patient? Als je precies weet, hoe een patient de zorg beleeft, dan kan je ontzettend veel
verbetering aanbrengen in je organisatie. Op wie staat de filmcamera in jouw organisatie? Op je
patiënten? En zorg je dat het een actiefilm blijft? Als patiënten een alternatief hadden, zouden ze
naar je film blijven kijken?

Zorg gaat over zingeving

Onder een auto terechtkomen, maakt je wakker. Zorg gaat over zingeving.
Mijn beroep is niet alleen hulpverlener, ik bén dat ook gewoon. Ik haal energie uit iets voor
anderen te betekenen; mijn doel voor elke client, elke organisatie waarmee ik werk, is om elke
dag beter te worden. Stilstaan is voor mij ook een beetje doodgaan. Groei, verandering zit in mijn
persoon.

‘Lastige’ cliënten

Schuldgevoel, nutteloosheid overviel me. Moedeloos, hopeloos werd ik, en boos en bang.
Plots werd alles waardoor ik me nuttig voelde van me afgepakt: geen sport, geen werk, geen
huishouden meer; niet in staat om je hond uit te laten, geen lekker eten op tafel zetten wanneer
je partner thuiskomt. Voor de gezondheidszorg was ik een ‘VKO’, en soms ook ‘een schouder’.
Vanuit dat perspectief genomen, zijn heel veel ‘lastige’ cliënten, niet zo lastig meer. Misschien zijn
het wel herstellende mensen met actieve copingsvaardigheden, die je zou kunnen benutten. Ze
brengen kritische meningen mee in de zorg, en houden je wakker voor het doel waar zorg echt
over gaat: de cliënt terug beter maken op een manier die bij hem/haar past.

Perspectief?

Hou jij dat doel voor ogen wanneer je naar je cliënten kijkt? Weet je waar je patient naar toe wil?
En pas je je behandeling daaraan aan? Wat wil de client terug op korte/lange termijn?
Geef jij je client perspectief wanneer je niet weet wanneer hij beter wordt? Wanneer die al jaren
met een knagende psychische pijn rondloopt? Gelooft je patient jou als je zegt “het komt wel
goed”?

Hoe vraag je hulp als je pijn niet zichtbaar is?

Als je plots heel veel dingen niet meer zelf kunt doen, en niet gewoon bent om hulp te vragen,
sta je voor een gigantische uitdaging. Een uitdaging waar ik vandaag nog steeds mee worstel.
En als ik dat vergelijk met psychisch lijden, had ik het nog best makkelijk: wijs op een brace rond
je duim en een schouderverband rond je arm, en iedereen wil je helpen. Maar hoe vraag je hulp
als je pijn niet zichtbaar is? Waarom mag je voor fysieke klachten iemand vragen om te helpen in
het huishouden, en is dat voor psychische zo vanzelfsprekend niet?

Hoe lang mag je ziek zijn?

Hoeveel tijd heb je om te herstellen? Hoe lang mag je ziek zijn? Ik moest (gevoelsmatig) 20.000
papieren invullen die verklaarden waarom ik even niet meer mee kon met de maatschappij.
Hoeveel vertrouwen geven we onze patiënten?

‘Geluk’

En ik heb geluk: met een warme familie die voor me klaarstaat op alle mogelijke vlakken; die
tranen kunnen drogen, en boze machteloosheid weten blussen. Ik heb geluk: met vrienden, die
het niet uitmaakt dat ik even geen tijd heb gehad, en er nu evenzeer staan. Ik heb geluk: met
hulpverleners, die weten dat hoop en zorg met humor belangrijk voor me is;
geluk met taal, die ik heb gekregen, om uit te drukken wat ik nodig heb.
Hoeveel mensen hebben dit geluk?

De just-world hypothese

De just-world-hypothese is een denkfout waarbij we er van uitgaan
dat de wereld een voorspelbare, rechtvaardige plek is waar iedereen krijgt wat hij verdient. In
kinderboeken of films krijg je dit met de paplepel mee: de held wint altijd in het verhaal, en de
boosdoener wordt gestraft. Deze just-world-hypothese heeft een functie. We hebben we als mens
de illusie dat we controle hebben over de gevolgen van ons gedrag en de voorspelbaarheid van
de wereld. Het helpt mensen om doelen na te streven.
De just world hypothese is jammer genoeg fout. De wereld is niet eerlijk, noch voorspelbaar.

Als je geen grondige hekel aan me hebt, neem ik aan dat je ook zegt dat de titel van deze blog
niet correct is: ik heb geen ongeval verdiend.

Is ziek zijn jouw schuld?

Ik stel me de vraag hoe vaak mensen met een psychische kwetsbaarheid in de zorg vanuit deze
just-world-hypothese worden benaderd. Als ik fysiek niet in staat ben tot dingen, dan is dat oké
en niet mijn verantwoordelijkheid. Maar wat als ik psychisch niet gezond ben? Moet ik dan niet
beter mijn best doen? Meer verantwoordelijkheid nemen in mijn herstel? Hoe lang mag je ziek
zijn tot het je eigen schuld wordt?

De 4 opdrachten van herstel

Herstel kent voor de patient 4 opdrachten: (1) het ontwikkelen van een positieve identiteit, (2)
betekenisgeving aan de ziekte, (3) zelfmanagement vergroten, en (4) het ontwikkelen van
waardevolle rollen. Staan we stil bij hoe we clienten helpen in àl deze opdrachten of gaan we op
zoek naar het medisch herstel? Of willen we vooral zelfmanagement verhogen?

Carolines voorstel

Mijn voorstel: Caroline, ‘VKO’, ‘de schouder’ tot vandaag:
(1) Positieve identiteit: Ik verdiende waarschijnlijk geen ongeval, want ik doe minstens mijn best
in’t leven. ’t Is ook goed als het niet perfect is. En ook oké als ik daar af en toe mee worstel.

(2) Betekenisgeving: Ik word op termijn waarschijnlijk door deze ervaring een beetje
deskundiger. En misschien iets minder druk, druk, druk.
Verkeersongevallen maken je wakker voor prioriteiten.

(3) Zelfmanagement: Ik kan elke week weer iets meer. En doe mijn best om beter te worden.
Net iets te veel.“Schouders hebben rust nodig…”
Maar ik leer iets over zelfzorg.

(4) Waardevolle rollen: Ik ben ook nuttig als ik niet werk. Mensen zien je ook graag als ze voor je
kunnen zorgen. Ze doen dat, gek genoeg, ook graag. Ook dat schept verbinding.
Al kan ik niet wachten om weer lekker aan de slag te gaan…
maar (behoed me) niet zo druk, druk, druk.

Zou het een goede weg zijn?
Bedankt alvast, aan ’t leven en de wijze mensen.

 

Lees ook Carolines andere blogs.

  • Deel deze pagina:

Reacties:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *