Main content

Vraag

Beste,

Hoe ga je ermee om als hulpverlener als jij deel bent/wordt van het waansysteem van de cliënt?

Met vriendelijke groeten

Antwoord

Beste,

Alles wat in de leefwereld van mensen bestaat, kan betrokken raken in het waansysteem van mensen. Er zijn geen gouden regels, maar hier kun je misschien wat aan hebben:

De meest voor de hand liggende strategie is de open communicatie. De regel is: monitor wat jou woorden als effect hebben op de cliënt. Een kenmerk van het psychotische verhaal is dat je eigen referentie niet dezelfde is als de referentie van de ander. Je weet dus in principe niet wat het referentiesysteem is van de ander. En wat dit is, leer je alleen door er echt in geïnteresseerd te zijn. Je kunt naïefweg aannemen dat je hetzelfde zegt, maar in de praktijk hoeft dat niet zo te zijn.

Ik raakte ooit in een “conflict” met een patiënt die veel bezig was met religie. En we bespraken met elkaar religieuze overtuigingen. Waarmee ik totaal de mist in ging. Want hij was niet ‘religieus’ maar ‘godsdienstig’. Voor mij synoniemen, voor mijn cliënt volstrekt niet. Hij wilde god dienen en dat was wat anders dan religie.

Communicatieproblemen zoals dit, liggen vaak aan de basis van wantrouwen en wanneer je gaat argumenteren wordt het erger (net zoals bezorgde ouders hun kinderen moeilijk kunnen overtuigen dat ze het beste met hen voor hebben — hoe wanhopiger, hoe meer relaties escalleren — peers werken dan beter dan bezorgde ouders). Daarom is ‘uitdagen’ zelden een goede strategie bij een psychose. En kiezen we voor een Socratische dialoog.

In de waanwereld gezogen te worden, overkomt iedereen wel eens. Als je erin zit, lijk je uitgespeeld. Maar dat hoeft niet het geval te zijn. De eerste regel is ‘present zijn’. Zonder je op te dringen aanwezig zijn. Kijk of je een lange adem hebt… Indien er geen ruimte ontstaat, gebruik je Proutty’s technieken. Je kunt de andere beschrijven en spiegelen.
Indien je in communicatie komt, daag je niet uit maar voeg je in. Je kunt zelf meegaan met de waan om gezamenlijk de logica van het waanachtige gedachtensysteem te exploreren (als dat… dan zouden we ook dat moeten verwachten en niet dat…). Zoek hiervoor vooral ‘neutraal terrein’. Want zo herstel je vertrouwen. Zo mogelijk gebruik je principes van de Socratische dialoog en gedragsexperimenten. Omdat je zelf voor je cliënt in het complot zit, kun je moeilijk met hem/haar een gedragsexperiment uittekenen. Die moet de client maar met een zelfgekozen confident uitproberen (jij weet dan niet wat verwacht wordt).

Soms is het nodig dat iemand anders de relatie (tijdelijk) opvolgt (temporiseren). Maar tegelijk is het wel belangrijk dat er een leermoment ontstaat. Weerom, teveel druk kan averechts werken.

Laat maar weten of het lukt…

Deze vraag is gesteld door een vrouw in de leeftijdscategorie 20-35
Beantwoord door: Philippe Delespaul op 19 februari 2023
Expert Avatar

Philippe Delespaul is een klinisch psycholoog en hoogleraar innovaties in de geestelijke gezondheidszorg aan de universiteit Maastricht. Hij heeft ervaring met wijkgerichte zorg en de ontwikkeling van weerbaarheid bij mensen met een psychose en hun betrokkenen.

  • Deel deze pagina: