Main content

Stress wordt vaak gezien als een voorspellende factor voor het ontstaan van psychische problemen. In het Centrum voor Contextuele Psychiatrie is Joana De Calheiros Velozo, doctoraatstudent betrokken bij de SMILE studie naar stress reactiviteit. Lees hier haar bevindingen en onderzoeksopzet.

‘Luisteren’ naar stress reactiviteit: wat kan het ons vertellen en hoe?

Stress is een emotionele en fysieke reactie op een prikkel die waargenomen wordt als dreigend en buiten je controle. Er komen grote stressoren voor in het leven die onze dagelijks leven kunnen beïnvloeden, zoals plotselinge dood, een scheiding, en verlies van een baan. Wij zijn echter meer geïnteresseerd in hoe mensen reageren op dagelijkse stressoren. Dat zijn stressoren die soms maar een minuut duren, zoals een vergadering die niet goed ging, een onverwachte deadline, een bus missen, een ongemakkelijke ontmoeting. De manier waarop mensen reageren op die dagelijkse beslommeringen blijkt een centrale factor te zijn in de ontwikkeling en het toekomstig verloop van verschillende psychische problematieken. Dit wordt ook wel stress reactiviteit genoemd. Ondanks dat we weten dat het belangrijk is, weten we nog niet helemaal precies hoe het werkt.

Hoe bestuderen we stress reactiviteit?

Het meten en bestuderen van stress reactiviteit is niet gemakkelijk. Op dit moment zijn er grofweg twee manieren om het te onderzoeken. Aan de ene kant hebben we gecontroleerde stress studies die worden uitgevoerd in een laboratorium. Taken worden gebruikt die specifiek zijn ontwikkeld voor het uitlokken van stress. Aan de andere kant zijn er studies die informatie gebruiken uit het dagelijks leven. Beide van deze methodes hebben hun voor- en nadelen. Daarom zijn we nog steeds actief bezig met het ontwikkelen van effectievere manieren van het bestuderen van stress reactiviteit.

Taken die stress uitlokken

Taken die zijn ontwikkeld om stress uit te lokken in een laboratorium vallen onder een van de volgende drie categorieën: fysiologische taken, sociaal-evaluatie taken, en een combinatie van beide. Fysiologische taken zijn taken waarin het lichaam aan (flinke) stress wordt blootgesteld. Een goed voorbeeld van deze soort taak is de ‘koude druk taak’ waarin de participant wordt gevraagd om zijn of haar hand in ijskoud water te houden voor een bepaalde tijd. Deze taken lokken op een betrouwbare manier stress uit.  Sociaal-evaluatie taken zijn echter meer gelijkend op stress in het dagelijks leven omdat deze taken een sociale stressor bevatten die stress in het dagelijks leven imiteert, bijvoorbeeld het simuleren van een sollicitatiegesprek. In onze huidige studie gebruiken we een taak op een scherm waarbij we participanten vragen om het tegen een andere participant op te nemen met een rekentaak. De sociale druk die de participanten voelen omdat ze moeten presteren levert stress op. Ten slotte zijn er taken die deze twee methoden combineren, waarvan de ‘sociale evaluatie koude druk taak’ er een is. Hierbij moeten participanten een presentatie geven voor een groepje mensen die hen beoordelen terwijl ze hun hand in ijskoud water houden. Hoewel deze taken allemaal hebben bewezen dat ze stress uitlokken, kunnen we nog steeds niet met zekerheid zeggen dat ze voldoende lijken op het meten van dagelijkse stress. Zelfs in het geval van de sociale evaluatietaken die dagelijkse situaties zo goed mogelijk proberen na te bootsen, weten de participanten dat ze mee doen aan een studie en dat er geen echt nare gevolgen zijn van deze stress.

Stress in het dagelijks leven

Stress in het dagelijks leven wordt ook wel ambulante stress genoemd. De Experience Sampling Methode (ESM) is dan vaak de methode die wordt gebruikt omdat deze metingen verricht in het dagelijks leven. Dit  levert een lange stroom van metingen op die samengevoegd kunnen worden als een soort film van het dagelijks leven. De ESM vraagt participanten om op een aantal willekeurige momenten op een dag een korte vragenlijst in te vullen. Vaak wordt gevraagd om dit 6 dagen achter elkaar te doen. ESM is niet erg ingrijpend. Het is ook een goede representatie van stress reactiviteit tijdens de dag van de participant. Toch zijn er nog steeds tekortkomingen. Zo is het bijvoorbeeld moeilijk om mensen precies op het moment dat ze de meeste stress ervaren op een dag te vragen de vragenlijst in te vullen. De lijstjes komen immers op willekeurige momenten. Op deze manier is het nog steeds lastig om stress reactiviteit accuraat te meten.

Maten van stress reactiviteit

Als we stress ervaren, ervaren we eigenlijk twee dingen tegelijkertijd. De eerste is de subjectieve ervaring van stress: bijvoorbeeld “Ik voel me ongemakkelijk, maak me zorgen”, “Dit maakt me nerveus, ik weet niet of ik dit kan”. Het tweede is de fysiologische reactie op een stressor, zoals plotselinge hartkloppingen, maagpijn, een zware borst. Verschillende mensen reageren erg verschillend op deze stressoren. Daarom is het belangrijk om verschillende typen informatie te verzamelen, zodat we een beter beeld krijgen van wat er precies gebeurt.

Wat kunnen we leren van stress reactiviteit?

In psychose zien we vaak dat mensen op stress reageren met afgestompte fysiologische reacties. Mensen met psychose of met een risico op psychose laten vaak niet de intense fysiologische reacties op stress zien zoals we deze zien bij andere mensen, zoals plotseling zweten en hartkloppingen. Ze ervaren deze stress wel vaak een stuk negatiever dan andere mensen. Met andere woorden, de emotionele reactie op de stressor lijkt niet gelijk te zijn aan de fysieke reactie. Dit kan betekenen dat het stress systeem minder gevoelig is dan bij andere mensen. Een beter begrip hiervan kan ons verder helpen met het in kaart brengen van het traject dat mensen met psychose doorlopen wat stress betreft. Bovendien informeert het ons ook over de ontwikkeling van interventies. Met onze studie proberen we een taak die stress uitlokt te valideren die ons kan helpen om op een accurate manier veranderingen in stress reactiviteit door de tijd heen te meten of de resultaten van een interventie te meten. We hopen ook dat onze studiedata kunnen helpen om manieren te vinden om mensen met een risico op psychose eerder te detecteren zodat preventieve behandelingen kunnen worden aangeboden.

 

De blog werd vertaald door Karlijn Hermans.

Het team van het Centrum voor Contextuele Psychiatrie onder leiding van Professor Inez Germeys verzorgt een maandelijkse blog over nieuwe ontwikkelingen in de wetenschap op het gebied van psychiatrie in het algemeen en psychose in het bijzonder. (www.ccp-leuven.be;   Center for Contextual Psychiatry; twitter: @ccp-leuven; @inezgermeys; @reskarlijn)

 

  • Deel deze pagina:

Reacties:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *